Wat is de overeenkomst tussen Volvo, Audi en fiat?
En nee, ik bedoel niet dat het drie Europese automerken zijn – dan had ik fiat wel met een hoofdletter geschreven. Het juiste antwoord luidt: alle drie de woorden zijn Latijnse werkwoordsvormen, maar worden tegenwoordig gebruikt als zelfstandig naamwoord.
Volvo betekent ‘ik wentel’; de naam werd gekozen in de tijd dat het bedrijf alleen kogellagers produceerde. Audi betekent ‘hoor, luister!’, een letterlijke vertaling van de familienaam van oprichter August Horch. En fiat, voor ‘toestemming’, betekende in het Latijn ‘het gebeure, laat het gedaan worden’. Het zijn dus respectievelijk een eerste persoon aantonende wijs, een tweede persoon gebiedende wijs en een derde persoon aanvoegende wijs, allemaal in het enkelvoud.
Latijnse werkwoordsvormen (om heel precies te zijn: persóónsvormen) die in de moderne talen zelfstandige naamwoorden zijn geworden: ik heb het idee dat het niet een heel grote groep is, maar een stuk meer dan deze drie zijn er wel. Ik ben er even voor gaan zitten, en dat heeft meteen al dit lijstje opgeleverd:
- video: ik zie
- audio: ik hoor (als je de audio in je Audi aanzet, gehoorzaam je dus aan de merknaam)
- audit: hij/zij hoort (het Latijnse werkwoord audire is opmerkelijk productief)
- placebo: ik zal behagen
- habitat: hij/zij (be)woont
- imprimatur: dat het gedrukt worde; gebruikt voor een kerkelijke toestemming om iets te drukken
- debet: hij/zij moet, is verschuldigd
- credit: hij/zij gelooft; krediet is daar een vernederlandste spelling van
- credo: ik geloof
En er zijn er meer, ik weet het bijna zeker. Ik heb vooral hoge verwachtingen van de universitaire wereld en de katholieke kerk bijvoorbeeld, maar er zullen ook nog wel wat merknamen zijn. En wie weet waar ze nog meer opduiken!
Laat ik de categorie nog even nauwkeurig afbakenen: het gaat me dus om zelfstandige naamwoorden in het Nederlands, of eventueel een andere moderne taal, die ontstaan zijn door ontlening van een Latijnse persoonsvorm. Datum, coitus en doctoranda vallen daarom af, want dat zijn wel werkwoordsvormen (van dare, coire, doctorare), maar geen persoonsvormen. Habeas corpus, habemus papam en cogito erg sum bevátten wel persoonsvormen, maar het zijn in feite zinnetjes, die doorgaans ook niet als zelfstandig naamwoord worden gebruikt. Zelfs exit komt er niet in, want al is dat Latijn voor ‘hij/zij gaat naar buiten’, het Engelse zelfstandig naamwoord is afgeleid van exitus, en dat betekent gewoon ‘uitgang’.
Ja, de ballotage is streng. Des te mooier als je een exemplaar vindt dat lid mag worden van dit selecte gezelschap. Je kunt het hieronder melden. En mocht je willen verifiëren dat het aan de eisen voldoet, dan kun je dat hier doen, of hier als het om een Engels woord gaat.
(Ik heb een tweede blogpost geschreven over de aanvullingen die lezers hebben opgestuurd. Hieronder worden de meeste uitvoeriger besproken.)
NIEUWE AANWINSTEN
In onderstaande lange lijst heb ik termen die ik geregeld tegenkom – als eigennaam of generieke term – vet gemaakt. De andere bestaan, maar zijn naar mijn subjectieve idee wat marginaler, in ieder geval in hun rol als zelfstandig naamwoord.
- Veni, Vidi, Vici: ik ben gekomen, ik heb gezien respectievelijk ik heb gewonnen. Afzonderlijk zijn dit de namen van drie subsidies van NWO, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek. (Dank, Régine Anmuth.) Samen en zonder hoofdletters vormen ze de oneliner ‘ik kwam, ik zag, ik overwon’, toegeschreven aan de Romeinse legerleider die eerst genocide en later een staatsgreep pleegde. Wij eren hem daarvoor nog steeds met de woorden juli en keizer. Als we dan toch bezig zijn monumenten voor beroemde schurken te slopen, lijken dit me ook gerede kandidaten.
- vidimus: wij hebben gezien. Volgens Chris Streefkerk én de dikke Van Dale staat dit voor een afschrift, om precies te zijn een gelegaliseerd afschrift van een oorkonde. Net als audire (‘horen, luisteren’, zie boven) heeft dus ook vidēre (zien) in minstens drie vormen een Nederlands zelfstandig naamwoord opgeleverd. Verder is vidimus in dit rijtje de eerste meervoudsvorm.
- caveat: dat hij/zij oplette, laat hem/haar opletten. In het Engels wordt caveat veel gebruikt in de betekenis ‘voorbehoud’; oorspronkelijk is het een juridisch verzoek om opschorting. (Dank, Mick De Meyer.) Het werkwoord cavēre betekent ‘opletten, op je hoede zijn’; cave canem is ‘pas op voor de hond’.
- pereat: moge hij/zij te gronde gaan. ‘Iemand een pereat brengen’ betekent volgens Chris Streefkerk, daarin opnieuw bijgevallen door Van Dale: iemand zijn ondergang toewensen.
- lavabo: ik zal wassen. In de katholieke kerk een wasbekken, in Vlaanderen bovendien een gewone wastafel, en in het Frans eveneens. Door die Franse herkomst ligt de klemtoon op de laatste lettergreep. Dank, Maarten Vidal.
- deficit: het is onvoldoende, het schiet tekort (naast vele andere betekenissen). Als zelfstandig naamwoord een tekort, een nadelig saldo. Nogmaals dank, Maarten Vidal.
- Prosit: het zij tot voordeel, moge het baten, aanvoegende wijs van het werkwoord prodesse. Onze term ‘proost’ is daarvan afgeleid. In het Duits is Prosit een zelfstandig naamwoord dat ‘toost, heildronk’ betekent: Ein Prosit der Gemütlichkeit! Dank @wanbeheerder Han.
- ignoramus: wij weten (het) niet. De betekenis ‘onwetende’ stamt uit een 17e-eeuws Engels toneelstuk. Dank, Maarten Vidal.
- Nescio: ik weet (het) niet. Schrijverspseudoniem van Jan Grönloh. (Multatuli is bijna net zo’n geval, maar is een samenstelling van twéé Latijnse woorden en komt er daarom niet in.)
- affidavit: hij/zij heeft gezworen; bepaalde officiële verklaringen heten zo. Dank, @hwvv.
- veto: ik verbied. Hoe kon ik het vergeten! Nogmaals dank, @hwvv.
- oremus: wij bidden. Ik heb me door Chris Streefkerk laten overtuigen dat dat niey zo obscuur is als Van Dale (‘gewestelijk’) beweert. Een oremus is kennelijk iets, zoals een stukje muziek, wat uitentreuren herhaald wordt.
- non sequitur: het volgt niet (eruit). Een ongerechtvaardigde gevolgtrekking. Toegegeven, non sequitur bestaat uit twee woorden. Maar omdat ontkenning en werkwoord zo hecht bij elkaar horen (vergelijk ignoramus en Nescio) ben ik in dit geval gezwicht. Dank weer, @hwvv. Maar dan moet
- non liquet (een juridisch onduidelijke situatie) ook kunnen, merkt Maarten Vidal terecht op. Latijnse betekenis: het is niet duidelijk. En nu ik dit in Van Dale opzoek, valt mijn oog op nog een zelfstandig naamwoord dat ik niet ken:
- non possumus voor ‘weigering’. Letterlijk: wij kunnen niet.
- proficiat: moge het nuttig zijn. Een felicitatie. (Chris Streefkerk.)
- Dixi: ik heb gezegd. Frans Knibbe attendeert me erop dat er een automerk van die naam heeft bestaan, al zie ik het verband met ‘zeggen’ niet. Ook zijn er natuurlijk mobiele wc’s van het merk Dixi. Ik weet niet zeker of die ook op de Latijnse werkwoordsvorm geïnspireerd is. Je kúnt ‘ik heb gezegd’ natuurlijk ook uitdrukken als ‘ik heb een boodschap gedaan’…
- exequatur: dat hij ten uitvoer brenge. Als zelfstandig naamwoord slaat het woord op een zeer specifieke vormen van toestemming. (Kijk, dá’s nou echt een mooi Scrabblewoord: als at er al ligt, kun je exequ ervoor en ur erachter leggen. Zeven letters in één keer kwijt, waaronder die vermaledijde x en q.)
- placet: het behaagt (van hetzelfde werkwoord als placebo dus). Als naamwoord is het overheidstoestemming, of een verzoekschrift om die te verkrijgen. Dank, Samir Lhachmi.
- interest: het scheelt, het maakt uit. (Maarten Vidal)
- Vindicat: zelf zegt die Groningse snelweg van puberteit naar directiekamer dat zijn naam ‘hij handhaaft’ betekent; het woordenboek suggereert onder meer ‘hij wreekt’.
- ave: wens! Als zelfstandig naamwoord een ander woord voor een weesgegroetje. (Chris Streefkerk.) En over Maria gesproken:
- Magnificat, de naam van een loflied op diezelfde moeder van Jezus, betekent ‘hij/zij prijst’ (Maarten Vidal). Trouwens, ook buiten de kerk zijn er liederen met titels die in deze categorie vallen, blijkt uit nog twee suggesties van Chris Streefkerk:
- Gaudeamus, ‘laten we ons verheugen’, een drinklied, en
- Vivat, ‘hij/zij/het leve’, een traditioneel studentenlied, ook bekend als Io vivat.
- memento: herinner je! Een gedenkteken. Dank, Cor Cornelisse. Het woord zit ook in de bekende uitdrukking memento mori, doorgaans vertaald als ‘gedenk te sterven’.
- facit: het maakt. Uitkomst van een berekening (Cor Cornelisse). In het Duits is dit woord zeer gangbaar in de betekenis ‘conclusie’; de spelling is nu meestal Fazit.
- Cor Cornelisse is een kenner van dit soort termen, want hij levert er ook nog een stel die ik niet kende: satisfecit, sufficit, confiteor, delineavit, explicit, incipit, accessit, approbatur en caret. Het zijn niet allemaal. Ik kom er nu niet aan toe om ze allemaal toe te lichten.
Advent: Naderende komst van de heer. Verl. deelw. van advenire
LikeLike
Celebret: aanbevelingsbrief van bisschop. “Hij mag celebreren ( de mis opdragen)”.
LikeLike
Beste Gaston, Zoek ook eens in het “Katholiek Woorden boek”, in 1987 uitgegeven bij Thomas Rap.
Mijn latijn is te ver weggezakt om te kunnen beoordelen of een woord een tegenwoordig of voltooid deelwoord kan zijn.
LikeLike
Laetare: vierde zondag van de vastentijd. Verheugt u!
LikeLike
Gaudete: derde zondag van de advent, genoemd naar de eerste woorden van een mistekst.
LikeLike
Confiteor: ik belijd. Openbare schuldbekentenis bij het begin van liturgische diensten ( eucharistieviering).
LikeLike
Pontifex, priester, eigenlijk bruggenbouwer. Mag acrobaat ook meedoen (Grieks voor hij die op zijn tenen loopt)?
LikeLike
nihil obstat: niets staat in de weg. Verklaring van de censor dat iets gedrukt kan worden
LikeLike
Oeps!, is al besproken. Habitat, dan maar, lijkt me een hele mooie.
LikeLike
Hallo Gaston,
bladerend door de “A” van Catholica, het encyclopedisch vademecum voor het katholieke leven, zoals de ondertitel luidt, kwam ik de volgende drie tegen: 1) abortus (sum), 2) agens = celebrant die bij de kerkelijke officie de belangrijkste plaats inneemt en 3) approbatur = geen bezwaar door de kerk tegen uitgave van een geschrift.
LikeLike
Bij nader inzien, naar anologie van exit, afgeleid van transitus
LikeLike
Fuga, cantate
LikeLike
Is defecit al genoemd?
LikeLike
Misschien heb ik het over het hoofd gezien, maar ik mis ‘tango’, ik raak aan.
LikeLike
Die woorden klinken wel hetzelfde, maar zijn niet verwant.
LikeLike
Nog eentje met (ex) audire: Exaudi, de naam van de zondag tussen Hemelvaartsdag en Pinksteren ligt, ook wel Wezenzondag genoemd.
LikeLike
Jubilate is de naam van de derde zondag na Pasen, vernoemd naar psalm 66: “Jubilate Deo omnis terra”
LikeLike
Vivat: titel van een studentenlied (populair binnen Vindicat) “nu klonk weldra het luide vivat, na een gullen wens.”(Staring)
LikeLike
Gaudeamus (laten we ons verheugen) is ook een drinklied (en de naam van een villa in Bilthoven en een prestigieus muziekconcours)
LikeLike
Nota, in “nota bene” en “nota nemen”
LikeLike
Placet: het behaagt. Het recht van de overheid tot toestemming
LikeLike
En een heel frequente maar nog niet vermelde kandidaat: interest.
LikeLike
Ik heb ze toegevoegd, dank weer.
LikeLike
Nog eentje uit de kerkelijke sfeer: het magnificat (lofzang op Maria)
LikeLike
en ave (wees gegroet) als verkorting voor Ave Maria (ook in het Engels)
Andere kerkelijke hymnen en de psalmen kunnen wellicht nog wat opleveren
LikeLike
Toegevoegd, dank! Nota niet, omdat dat toch vooral van het Latijnse zelfstandig naamwoord nota komt. In nota bene wel, maar dat valt buiten mijn formele eisen.
LikeLike
proficiat Van Dale: zn. o. , de genoemde wens: een hartelijk proficiat!
LikeGeliked door 1 persoon
Een servo
Een salvo
LikeLike
Salvo heeft wel Latijnse wortels, maar komt niet van ‘ik red’. En ik vind in het woordenboek servobesturing,/i> (stuurkrachtiging, als ik het goed begrijp), maar dat komt van het zelfstadig naamwoord servus.
LikeLike
viva – Engelse (UK) term voor verdediging van proefschrift. Er zijn idd vast nog meer in de universitaire wereld, dus wordt mogelijk vervolgd.
LikeLike
Viva is een bijvoeglijk naamwoord. Voluit: viva voce, ‘met levende stem’ oftewel mondeling. Het werkwoord vivere heeft geen vorm viva.
LikeLike
Proficiat, schoot me net nog te binnen.
LikeLike
Ik zou credo, dixi (ook een automerk) en dixit willen voordragen.
LikeLike
Credo staat erin en dixit is volgens Van Dale alleen een tussenwerpsel. Maar inderdaad, dat automerk heeft bestaan. En ik vraag me af waarom die wc’s zo heten…
LikeLike
Exequatur, toestemming tot uitvoering van een besluit
LikeLike
Deleatur, “door te halen” (bijv. in drukproeven)
LikeLike
Van Dale erkent het alleen als tussenwerpsel, niet als naamwoord. Maar natuurlijk is hier een grijs gebied. In de zelfnoemfunctie kun je zo’n beetje alles tot zelfstandig naamwoord ridderen!
LikeLike
En nog een woord dat in de huidige economische situatie wel toepasselijk is: deficit.
LikeLike
Ook een mooie.
LikeLike
Dit taalspelletje (als ik het zo mag noemen) zit nu natuurlijk de hele dag in mijn hoofd. Ik heb er dus nog eentje: ignoramus. Ik dacht dat het alleen in het Engels gebruikt werd, maar blijkbaar staat het ook in de Nederlandstalige etymologiedatabank.
LikeLike
O ja, bingo! (En ja hoor, taalspelletje lijkt me een goede aanduiding.)
LikeLike
Nu ontkenningen ook zijn toegelaten (terecht want ignorare en nescire zijn op zich al ontkennende werkwoorden): non liquet, een onduidelijke situatie in het recht.
LikeGeliked door 1 persoon
Gaston, je weet ongetwijfeld al dat Fiat tegelijkertijd ook het acroniem is van Fabbrica Italiana Automobili Torino. Maar de Latijnse betekenis zal zeker een rol hebben gespeeld bij de naamkeuze.
Ik wil graag “lavabo” voordragen – “ik zal wassen”. Strikt gezien is dat een religieus begrip, een beker gebruikt voor rituele handwassing in de kerk, maar in België is dat het dagelijkse woord voor wastafel. Taaladvies.net beschouwt het als “standaardtaal in België”.
LikeLike
Fiat: ja bekend. Lavabo: prachtig, dank!
LikeLike
Pereat (Ga te gronde!) Iemand een pereat brengen.
LikeLike
caveat /ˈkavɪat, ˈkeɪ-/ ▶ a warning or proviso of specific stipulations, conditions, or limitations. there are a number of caveats which concern the validity of the assessment results.
– origin mid 16th cent.: from Latin, literally ‘let a person beware’.
proviso /prəˈvʌɪzəʊ/ ▶ a condition or qualification attached to an agreement or statement:
– origin late Middle English: from the medieval Latin phrase proviso (quod) ‘it being provided (that)’, from Latin providere ‘foresee, provide’.
LikeLike
Caveat, dat is een prachtige, in het Engels inderdaad. Proviso is een verbogen vorm (ablatief) van een deelwoord (provisus), dus die komt er niet in. 😉
LikeLike
Vidimus (wij hebben gezien). Verouderde aanduiding (in de oorkondenleer) voor afschrift
LikeLike
Dank je! Ik kende het niet, maar het staat inderdaad in de Dikke Van Dale.
LikeLike
Wat dacht je van rodeo?
LikeLike
Rodeo komt uit het Spaans.
LikeLike
En oremus natuurlijk. Prachtige uitdrukking: het is daar altijd oremus!
LikeLike
Mooi inderdaad, maar is het een zelfstandig naamwoord? Een andere betekenis van oremus noemt Van Dale wel een zelfstandig naamwoord, maar die is ‘gewestelijk’. Dat wordt een beetje obscuur.
LikeLike
In de editie’s van 1950 en 1976 staat niet gewestelijk, maar Zuidnederlands. Lijkt me niet obscuur.
LikeLike
Goedemorgen Gaston,
Wat dacht je van Veni, Vidi en Vici, 3 subsidies die door NWO verstrekt worden. Wel met een hoofdletter geschreven..
Inderdaad de universitaire wereld.
Met vriendelijke groet
Régine Anmuth
LikeLike
Dag Régine! Je hebt gelijk, perfecte voorbeelden. Dank!
LikeLike
nihil obstat, … grens gevalletje
LikeLike
Dat stond inderdaad in een eerdere versie van dit stukje als een voorbeeld van een twijfelgeval – we zijn het dus helemaal eens. Ik heb het eruit gelaten omdat het werkwoord maar een deel van het geheel is. Het zit heel dicht in de buurt van imprimatur, maar dat bestaat dus maar uit één woord.
LikeLike