Op de Taalkalender van Onze Taal zijn dit jaar de zaterdagen, getiteld ‘Typisch Nederlands?’, van mijn hand, en afgelopen week stond daar het volgende:
“Waag eens een gokje: komt ons woord gokken ook voor in het Duits (gocken), Engels (to gawk) en/of Frans (gôquer)?
Nee, gokken komt in andere Europese talen niet voor. Het Italiaanse giocare lijkt er wel een beetje op en kan naast ‘spelen’ ook ‘wedden, gokken’ betekenen, maar de gelijkenis is toeval. Het Engelse gawk heeft een heel andere betekenis (namelijk ‘staren (naar), aangapen’) en is evenmin verwant. Gocken en gôquer bestaan gewoon niet.
Hoewel je het woord gokken dus typisch Nederlands zou kunnen noemen, is het wel een leenwoord. Het komt namelijk uit het Jiddisch, en dat heeft het weer overgenomen uit het Hebreeuws. Het Jiddische chokken betekent eveneens ‘wedden’, en daarnaast ‘spelen’. Maar de oudste betekenis lijkt ‘lachen’ te zijn: in het Hebreeuws – waar veel Jiddische woorden vandaan komen – is tschok het woord voor ‘gelach’.
Net als het Nederlands hebben ook het Duits en het (Amerikaans) Engels veel woorden ontleend aan het Jiddisch. Maar dit woord niet.”
Kornelius Hagmann en Hans Evers hebben me erop geattendeerd dat dat niet klopt. Het Duits heeft het Jiddische woord wel degelijk ook geleend, maar dan in de vorm zocken. Het wordt (uiteraard) uitgesproken als ‘tsokken’, zodat het zelfs iets meer lijkt op het oorspronkelijke Hebreeuwse woord, tschok (al kom ik daarvoor ook se’chok en ṣāḥaq tegen, en ik weet te weinig van Hebreeuws om die verschillen te kunnen plaatsen). De verklaring lijkt te zijn dat het Jiddisch naast chokken ook een variant tsechokken had. Het Nederlands heeft kennelijk de ene vorm overgenomen, het Duits de andere, waarbij de beginklank bewaard is gebleven, maar de (stomme?) e en de ch zijn weggesleten. Hoe dan ook, ik kende zocken niet en mijn bronnen zwegen erover, dus ik heb het gemist. Dank, derhalve, aan de beide personen die me erop hebben geattendeerd.
****
Als je dit stukje het lezen waard vond, beleef je allicht ook plezier aan mijn boek Vakantie in eigen taal.
Eens kijken in mijn Neuzenbibliotheek…;)) http://perkamentus.blogspot.nl/search?q=neuzenbibliotheek
LikeLike
in het noors: en bil
LikeLike
Nu valt me nog een uitdrukking in: “Wat schokt dat?”
Zou dit verband hebben met het hier besproken Jiddische/Hebreeuwse woord? Het geeft meteen een idee hoe de ts-klank misschien weggevallen is: door assimilatie – of hoe noem je dat in dit geval, waar de twee t’s (van “wat” en van “ts’chok”) tot één t samengevoegd zouden kunnen zijn?
LikeLike
Ik vroeg me dat inderdaad ook af, maar ‘schokken’ blijkt van een ander Jiddisch woord afgeleid te zijn. Zie http://etymologiebank.nl/trefwoord/schokken2
LikeLike
OK, dank! Het was maar een gok 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
Ha, en dan ben ik nu we toch bezig zijn ook heel benieuwd waar ‘gok’ in de betekenis ‘neus’ op teruggaat. Ook op het Jiddisch, neem ik aan, maar een etymologie kom ik zo gauw niet tegen. (Misschien van Hebreeuws chod?)
LikeLike
Ik kon er ook niks over vinden. Klinkt Jiddisch, maar zelfs die bevestiging geven mijn bronnen me niet. Staat bijvoorbeeld niet in ‘Resten van een taal’ van H. Beem.
LikeLike
De GTB weet ook niets over “gok” als neus: http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article_content&wdb=WNT&id=A008142
Mijn gok zou zijn een verbinding met “kokkel” en het Duitse “Gockel” (EN: cock; NL: haan).
LikeLike
En kokkerd, niet ter vergeten… Het zou allemaal kunnen, inderdaad.
LikeLike
Voor de opheldering: tschok () spreek je letterlijk zo uit; dus niet *tsjok of iets dergelijks (het Hebreeuws heeft geen tsj van huis uit) maar ts[optioneel mini-sjwa’tje]-chok, met een ts als in muts en een Hollandse schraap-ch.
De Hebreeuwse wortel is ṣ-ḥ-q (van oorsprong alle drie zogenaamde emfatische medeklinkers, maar in modern Hebreeuws klinken ze gewoonlijk als ts, schraap-ch en een gewone k) wat inderdaad ‘lachen’ betekent. De naam Jitschak (Yitzhaq/Izaak/Isaac etc.) is er ook van afgeleid; letterlijk: ‘moge hij / hij zal lachen’.
Dat het Duits tschok als zocken heeft overgenomen kan ik volgen: het gebeurt vaker dat leentalen die rare ḥ gewoon negeren (zoals bij Jitschak > Izaak); dat de ts-klank wegvalt is iets opmerkelijker. Maar goed, ‘automobiel’ kan tenslotte ook auto worden in de ene taal en bil in de andere.
LikeGeliked door 1 persoon