In de vorige twee vrijmivi’s stelde ik telkens een vraag aan de kijker: over de uitspraak van ‘bug’ en over een bijzondere Limburgse werkwoordsvorm. Deze week trek ik conclusies uit alle antwoorden die ik kreeg. (Zie onder de video voor een klein extraatje.)
Ik heb het in deze video en in die van twee weken geleden alleen maar over het werkwoord höbbe (hebben). om precies te zijn over de aanvoegende wijs van de verleden tijd van höbbe. Maar natuurlijk hebben in het Duits en veel andere talen ook andere werkwoorden zo’n vorm: denk aan het Nederlandse ‘als ware het’, het Engelse ‘if she were‘ enzovoort.
Ik heb vernomen dat er ook in het Kerkraads zo’n vorm voorkomt, al weet ik niet meer hoe die precies luidde – iets als wäör of wuur, vermoed ik. Dat is niet vreemd, aangezien taalkundigen het Kerkraads veelal als een Duits dialect beschouwen. Verrassender was de informatie die ik van Patrick Slechten in Bilzen ontving, namelijk dat in zijn dialect zelfs een stuk of zes werkwoorden, waaronder ‘willen’, ‘moeten’, ‘mogen’ en ‘kunnen’, nog zo’n vorm zouden hebben. Ik ben er nog niet van overtuigd dat die onder de hedendaagse sprekers van het Bilzers wijdverbreid zijn, maar dat ze bestáán, neem ik zonder meer aan.