In de bonen

soya-1293467_960_720‘Doe er “socha” bij’, adviseerde mij de energieke medewerkster van de versafdeling. Ik was in een Spaanse supermarkt en had gevraagd wat ik aan moest met een mij onbekende groente. Iets toevoegen dus wat klonk als /socha/, en ik zag het woord ook voor me: soja. Maar op de een of andere manier drong de voor de hand liggende betekenis niet tot me door. Soga is Spaans voor ‘touw’… dat kon het niet zijn. Ajo (/acho/) is ‘knoflook’, maar dat kon het zeker niet zijn. Ají (/achi/) is een saus, maar die kon het echt al helemaal niet zijn. /Socha/ – nee, geen idee.

Gedecideerd troonde de vrouw me mee naar de sauzen en wees het flesje aan: ¡Ahí, salsa de soja! Natuurlijk: ketjap. Wat dom van me. Gracias, muchas gracias.

Waarom had ik haar nou niet begrepen? Omdat ‘ketjap’ in mijn Spaanse lexicon soya heet, uitgesproken als /soja/, of eigenlijk met een kortere o: /sojja/. Dat is het woord dat ik ken uit Zuid-Amerika. (Volgens het woordenboek van de Spaanse Koninklijke Academie wordt dat alleen in Guatemala, Honduras en Nicaragua gezegd, maar dat is kul.)

Was het nou echt te veel gevraagd van mijn spraakverwerkingscentrum om het sprongetje te maken van /socha/, geschreven als soja, naar /soja/, geschreven als soya? Een minimaal verschil, nietwaar? Dus waarom was ik nou zo in de bonen dat ik dat niet voor elkaar kreeg?

Ik vermoed dat ik last had van te veel kennis.

Er bestaan in het Spaans allerlei uitspraakvarianten die ik, niet zonder moeite, wel aankan: de s-klank kan aan het eind van de lettergreep wegvallen, of preciezer gezegd een /h/ worden. De j-klank wordt in sommige streken een /zj/ (/sozja/ zou ik wel verstaan hebben!). De ch-klank kan wel eens een /h/ worden. Maar een j-klank die een /ch/ wordt? Ondenkbaar. Dus ik hoorde /socha/, ik zag soja voor me en ik kon er geen chocola van maken, of in ieder geval geen ketjap. Het lukte me niet om ook maar een millimeter te pensar fuera de la caja (‘buiten de doos te denken’).

Wat de kwestie extra curieus maakt, is dat het Spaanse woord soja nota bene afkomstig is uit … het Nederlands! Wij hebben het zelf aan het Japans ontleend, in de tijd dat Nederland de enige Europese mogendheid was die met Japan handel mocht drijven. Dat Japanse woord (醤油, uitgesproken /sjōjoe/, betekenis: sojasaus) hebben we verhaspeld tot soja. Het Engels heeft het Nederlandse woord op klank overgenomen en schrijft het, conform de Engelse spellinggewoontes, als soya (tegenwoordig ook soy). Het Frans en het Spaans daarentegen hebben het geschreven woord overgenomen, met een j, die ze vervolgens op hun eigen manier zijn gaan uitspreken: als een /zj/ in het Frans, als een /ch/ in het Spaans. Althans, in het Spaans van Spanje. In Spaans-Amerika heeft men, vermoed ik, het Engelse woord uit Noord-Amerika overgenomen, soya, en daar spreekt men het dan ook uit als /soja/. Dát heb ik uiteraard altijd moeiteloos verstaan.

Gelukkig liep die vriendelijke medewerkster dus met me mee om aan te wijzen wat ze bedoelde. Waarna ik besloot om pindasaus te maken. ‘Pinda’: maní in Zuid-Amerika, cacahuete in Spanje. Twee verschillende woorden, die kan ik best onthouden. Maar dat ene rottige lettertje van de sojaboon, dat was me te machtig.

Dit bericht werd geplaatst in vreemde talen en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Een reactie op In de bonen

  1. Oudmaarnietversleten zegt:

    Wat een leuke informatie. Dank je.

    Geliked door 1 persoon

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s