Ik ben eruit, met dank aan @drabkikker (anagram van Dirk Bakker), @isoglosse (Christian Bergmann) en @musiqolog (Wouter Steenbeek). En de winnaar is: verperzischt (met een eervolle vermelding voor gefarsificeerd). Dat is gewoon de regelmatige vorm. Weliswaar ziet die er gek uit, met die -scht achteraan. Maar vroeger werden verfranscht, verduitscht en verchineescht ook met -scht geschreven. Dat woorden op -isch , zoals Perzisch, hun stomme ch hebben behouden, is een rare uitzondering die uitsluitend op de spelling betrekking heeft.
Maar is verperzischt niet toch een vreemd buitenbeentje? Weliswaar theoretisch oké, maar wel degelijk een beetje kunstmatig en in strijd met de gewoontes van het Nederlands? Nee, zelfs dat niet. In het recente verleden was er een redelijk gangbaar woord dat op -ischt eindigde: verindischt. En trouwens, verrussischt blijkt toch ook wel voor te komen. En ook – waarom heb ik daar niet eerder aan gedacht? – verbelgischt.
Tot slot nog twee losjes hiermee verbonden observaties. Op Google is de – volgens mij onjuiste – vorm verchinezen veel gangbaarder dan verchinesen. Enerzijds is dat vreemd, want dan wordt opeens niet het bijvoeglijk naamwoord (Chinees, Chinese) als basis gebruikt, maar het zelfstandig naamwoord (Chinees, Chinezen). Dat is alsof we verduitseren en verfransmannen en vernederlanderen zouden zeggen. Maar anderzijds is het ook wel weer begrijpelijk, want het werkwoord chinezen bestaat natuurlijk wel, in twee betekenissen: ‘Chinees eten’ en ‘drugs op een bepaalde manier consumeren‘. Anderzijds zag ik kort geleden zelfs een Teletekstbericht over de vrouwen van een Chinees sportteam die niet als Chinesen maar als Chineses werden aangeduid. Niet onverklaarbaar, aangezien we woorden op een stomme e graag een meervouds-s geven (gedachtes, geraamtes, keuzes), maar voor mij persoonlijk nog wel een flinke brug te ver.