De stilste taal van Nederland (7)

Waarom worstel ik toch zo met gebarentaal? Wat maakt die NGT zo verrottes lastig?

Natuurlijk, ik ben geen twintig meer, en jonkies schijnen het makkelijkst te leren. Anderzijds, ik snap veel meer van taal dan toen. En op andere gebieden leer ik nog dagelijks bij, dus mijn cognitieve verkalking valt wel mee. Er moet meer aan de hand zijn.
Natuurlijk, NGT is erg anders. Zelfs in het Turks heet ‘aluminium’ gewoon alüminyum en ‘muziek’ is ook in het Fins nog musiiki, maar de NGT-gebarenschat lijkt bar weinig op de Nederlandse woordenschat. Daar staat dan wel weer tegenover dat veel gebaren makkelijk te onthouden zijn, dus dit kan de hele verklaring ook niet wezen.

Schermafbeelding 2014-10-05 om 22.30.10Nee, volgens mij zitten de obstakels ’m vooral in andere dingen; in een aantal aan NGT verbonden omstandigheden en eigenschappen die gezamenlijk het leven van de beginnende gebaarder knap lastig maken.
Om te beginnen wordt NGT zelden geschreven, en al helemaal niet in ons vertrouwde alfabet. Je kunt een gebaar niet snel even noteren, een onbekend gebaar niet gemakkelijk opzoeken, lastige gebaren niet onder elkaar opschrijven om te oefenen. Ik ben een schrijfmens bij uitstek, dus ik ervaar hier een gemis dat grenst aan liefdesverdriet.
Ten tweede is NGT karig bedeeld met naslagwerken. Ik heb een digitaal en een gedrukt woordenboek, beide van Van Dale, maar niet zonder makkes. Een opzoekgrammatica bestaat niet eens, en niemand zou die op dit moment kunnen schrijven. Dat is historisch verklaarbaar, maar het blijft wonderlijk dat Nederlandse taalkundigen een inheemse taal van Nederland minder goed hebben beschreven dan ze met vele andere kleine talen hebben gedaan, tot in het Braziliaanse regenwoud en op afgelegen Zuidzee-eilanden aan toe.
Het NGT-onderwijsmateriaal houdt ook niet over. De lesmethode die ik ken is tien jaar oud en lijkt me voor verbetering vatbaar. Leuke ‘leesboekjes’ (video’s) voor beginners ben ik niet tegengekomen. Begrijpelijk misschien, want het gaat om kleine studentenaantallen. Maar jammer is het wel.
Een moeilijkheid van een heel andere orde is dat NGT twee grammaticale eigenschappen heeft die het verstaan van andermans uitingen verrassend moeilijk maken. Ten eerste behoort één en hetzelfde gebaar vaak tot twee of meer woordsoorten: ‘bewegen’ of ‘beweging’, ‘ik’ of ‘mij’ of ‘mijn’. Ten tweede vertoont de woordvolgorde aardig wat vrijheid. Het gevolg van die twee dingen samen is dat je vaak een hele zin moet hebben gezien voordat je snapt hoe die in elkaar zit, en dus wat ie betekent. Dat is een flink verschil met de gesproken talen die ik ken.
Maar misschien wel het allerbelangrijkste is dat je niet zo gemakkelijk intensief met NGT in contact komt. Er is geen NGT-land waar je op vakantie kunt. Er kunnen geen boeken en kranten verschijnen in NGT. In de bioscoop draaien geen gebarentalige films, en aan de radio heb je al helemaal niks. Je kunt wel naar Dovencafés, maar als beginner heb je daar niet zo veel te zoeken. Als je geen doven in je omgeving hebt met wie je wilt communiceren – een eigen kind, een collega of buur – ben je aangewezen op je docent, je medecursisten en, vooruit, af en toe de gebarentolk op tv. Vergelijk dat eens met de hoeveelheid Engels die we om ons heen horen en met de vele mogelijkheden om ons in het Duits, Frans, Spaans of een andere gesproken taal onder te dompelen.

Ik kom zelden doven tegen. Gebarentaal wilde ik leren om te ervaren hoe het is ‘met je handen te praten en met je ogen te luisteren’. Dat heb ik gedaan, en het was zo boeiend als ik hoopte. Maar ik had niet gedacht dat de taal zo verrottes lastig zou zijn.
Zó lastig, dat ik gestopt ben met mijn cursus. Met het bovenstaande probeert Sjaak Afhaak dus misschien wel vooral zichzelf te overtuigen dat dat niet alleen aan hem ligt.

Dit bericht werd geplaatst in Nederlandse Gebarentaal en getagged met , . Maak dit favoriet permalink.

12 reacties op De stilste taal van Nederland (7)

  1. marchuiskamp zegt:

    Nou, ik vind het ook een pittige taal om te leren. Omdat ik een dove zoon heb, heb ik zo’n beetje alle cursussen doorlopen die er zijn. Alleen, met je zoon van een paar jaar oud wil je kunnen kletsen, en de gebarentaal die je tijdens een cursus leert is meer zoals je bijvoorbeeld Engels op school leert, formeler. Het echte gebaren heb ik pas geleerd toen ik vrienden en kennissen kreeg in de dovenwereld, die je opeens vragen naar een mening of die willen weten wat je van een bepaalde politieke situatie vindt. Lastig, maar als je het vinger alfabet kent, kun je ieder gebaar leren. Lees ook eens het boekje wat Oliver Sacks hierover schreef, http://www.bol.com/nl/p/stemmen-zien/1001004001568446/ Naast gebarentaal gaat dit boekje ook over hoe mensen communiseren en hoe taal ontstaat. Allicht interessant voor een taal journalist…

    Like

  2. Iris Wijnen zegt:

    Hai Gaston, heb je al eens een cursus ‘het hele verhaal in Gebarentaal’ geprobeerd? Dat is een nieuwe cursus, met nieuwe lesboeken en gegeven op heel andere wijze dan de traditionele cursus. Namelijk leer je bij deze cursus de taal via verhalen, zo erg leuk en heel verfrissend. Kom anders eens een kijkje nemen op mijn site, http://www.gebarentaalvooriedereen.nl , misschien dat je hier weer energie van krijgt!!

    Like

  3. trude59 zegt:

    Beste Gaston, jammer dat je er mee op houdt; even ter informatie, het woordenboek waar je een plaatje van laat zien in je blog is niet van Van Dale, maar van het Nederlands Gebarencentrum.
    We hebben binnenkort een hele nieuwe cursus NGTAB1, waar je online oefeningen kunt doen en waarin ook een aantal grammaticaregels in NGT wordt uitgelegd. Overigens is er al heel veel wel onderzocht en ook beschreven van de NGT grammatica. Veel onderzoek is direct toegepast in diverse cursusmodules. Voor studenten staat een en ander in het boek Gebarentaalwetenschap uit 2008 ( Anne Baker e.a) , De Nederlandse Gebarentaal ( Trude Schermer e.a uit 1990) en het boek van Liesbeth Koenen en Tony Bloem, Gebarentaal. Inderdaad, niet heel veel, maar er is meer onderzocht dan je misschien denkt..
    En tot slot..je kunt prima abstract gebaren in NGT.

    Like

    • Gaston zegt:

      Dank je, Trude. Het is inderdaad het woordenboek op de website van het Gebarencentrum, maar om daar te komen moet ik in het menu klikken op ‘Van Dale NGT Uitgebreid’. Maar ik kan het centrum beter ook even noemen.
      Twee van de drie boeken die je noemt, heb ik gelezen. Maar het (voor zover ik dat kan beoordelen: uitstekende) boek van Baker en collega’s gaat over gebarentalen in het algemeen. Bij lang niet alle onderwerpen wordt NGT genoemd; vaak wordt juist ASL of een andere taal behandeld. Die andere twee boeken zijn veel ouder; Koenen schrijft geregeld dat iets ‘nog onderzocht moet worden’, en haar kennende denk ik dat dat dan wel klopt, of in ieder geval op dat moment klopte. Alleen Schermer e.a. heb ik niet in huis.
      Een andere frustratie, die ik hierboven niet heb genoemd, was trouwens dat ik AB2 niet kon bestellen omdat ik geen docent was. Aan het bestellen van AB3 waag ik me niet eens, hoewel ik dat best zou willen hebben.
      Ik ben blij te horen dat AB1 online gaat!
      Ten slotte: dat je abstract kunt gebaren in NGT, betwijfel ik geen seconde. Maar in reactie op Rositivity’s opmerking hierboven vroeg ik me, heel speculatief, af of dat in NGT op de een of andere manier misschien net wat moeilijker is. Maar ik besef dat dat makkelijk misverstaan kan worden als een suggestie dat NGT op de een of andere manier ‘beperkt’ of ‘primitief’ zou zijn. Dat wil ik niet op mijn geweten hebben!

      Like

  4. Hi Gaston,
    Een mooi geschreven artikel, ik proef de teleurstelling dat je de gebarentaal niet zo goed/snel onder de knie kon krijgen als je had gehoopt.
    Naar mijn idee zou je niet afgehaakt zijn als je veel meer gesprekspartners had naast je docent of mede-cursisten.
    Ik snap heel goed dat de drempel vrij hoog is voor een beginner om mee te kunnen draaien bij gebarencafe’s en dergelijke, toch geldt hier de uitspraak, de aanhouder wint.
    Je kan het vergelijken met verhuizen naar een pittoresk Frans dorpje met je karige Frans, de eerste weken in de kroeg zullen vreselijk eenzaam en vervelend lijken, omdat de arrogante Fransen hun taal te mooi vinden om zo oppervlakkig te communiceren.
    Maar na verloop van geïnvesteerde tijd zal de lokale bevolking je eerder opmerken en zien dat je echt je best doet hun taal machtig te worden, daarna vertik je het om daar ooit weg te gaan 🙂
    De deur zal altijd open blijven staan mits je gewoon je handen laat wapperen, dan loop je vanzelf(sprekend) de gemiste begrippen ‘plannen’, ‘omdat’, ‘hopelijk’ en ‘tegelijkertijd’ tegen het lijf.
    Tot kijk!

    Like

    • Gaston zegt:

      Klopt, het ontbreken van gebruiksmogelijkheden weegt zwaar mee. En een bezoek aan het Dovencafé raadde onze docent ons in dit stadium expliciet af.
      Toch zijn die andere dingen ook van belang. Ik kan me best een poosje vastbijten in een taal, of het nu met boekjes of een appje is. Maar zo’n niet-geschreven taal met beperkte hulpmiddelen is extra lastig.

      Like

  5. Rositivity zegt:

    Hoi Gaston,

    Jammer dat je afhaakt. Maar mooi beschreven, wáárom! Dat zijn inderdaad de punten die het moeilijk maken voor een horende persoon om NGT te leren. NGT is in de eerste plaats een visuele taal, dus het goed kunnen beheersen van NGT hangt vaak van af of de persoon in kwestie goed kan kijken, een sterk visueel geheugen heeft, een goede oog-hand coördinatie heeft, en goed driedimensionaal kan denken. Vaak zijn het mensen met taalknobbels niet degenen die het makkelijkst vinden om NGT te leren. Taalliefhebbers zijn vaak wel heel enthousiast over gebarentaal, omdat het zo’n aparte taal is. Maar degenen die concreet kunnen denken, en goed met hun ogen en handen zijn kunnen gemakkelijker NGT leren.

    Ik hoop, net als Wouter, dat je op een dag een dove op je pad tegenkomt waardoor je enthousiasme over gebarentaal weer aanwakkert en je lekker veel mee kunt oefenen 🙂

    Like

    • Gaston zegt:

      Interessant punt dat je daar te berde brengt. In het algemeen ben ik nogal onhandig, maar toen ik mijn handen opeens heel nauwkeurig moest gebruiken om te communiceren, lukte dat eigenlijk helemaal niet zo slecht. Het aflezen van andermans gebaren vind ik wat moeilijker, maar ook bij gesproken talen vind ik verstaan vaak lastiger dan spreken, dus dat verbaasde me niet. Verder heb ik inderdaad de neiging om abstract te denken en te formuleren, en daar ligt geloof ik zeker een probleem: wat ik tot dusverre heb geleerd is behoorlijk concreet. Ik mis woorden voor ‘plannen’, voor ‘omdat’, voor ‘hopelijk’, voor ‘tegelijkertijd’. Ongetwijfeld kun je dat allemaal gebaren, maar ik heb nog niet geleerd hoe. Ligt dat gewoon aan de methode? Of heeft het ook iets met de aard van de taal te maken? Ik neig naar het eerste, maar ik weet het niet zeker.

      Like

  6. Wouter zegt:

    Jammer dat je afhaakt! Maar kan het me wel voorstellen. Als je geen oefenpartners hebt, of gewoon niemand kent in “dovenland”, dat ook nog erg versnipperd door de hele wereld is, dan gaat je motivatie inderdaad ook een beetje wegsijpelen.

    Wie weet kom je een dove tegen in je levenspad, met wie je bevriend zult zijn, en dat kan het haakje zijn om je gebarentaal weer op te pikken. Of het nou NGT, BSL of ASL is, maakt niet zoveel uit. Als je de ene kent, pik je de andere ook wat makkelijker op.

    Like

  7. maaike zegt:

    Wow Gaston, wat een boel liefdesverdriet moet daaraan vooraf gegaan zijn. Jij stopt niet zomaar! Jammer, ik zal je blogs over NGT missen. Maar je hebt gelijk, NGT is naast intrigerend, ook best: “rechterhand in vuist – vingersluiting naar voor, voor de borst, draai vuist naar links”.

    Like

Plaats een reactie