‘Da’s convergente evolutie.’ – ‘Hè?’

huh

Klik hierboven voor minifilmpje

Au is geen woord, au is een geluid, net als hatsjie. En wereldwijd maken mensen datzelfde geluid als ze zich bezeren respectievelijk niezen. Althans, dat dacht ik als kind. Maar toen ik in het buitenland begon op te letten, ontdekte ik dat het niet klopte. Elders zeggen mensen ouch, ai of oi als ze zich pijn doen, en bij een nies roepen ze achoo, atchoum of hakushon.

Zijn ál onze geluiden dan woorden? Het schrapen van onze keel? Nee, dat klinkt wereldwijd hetzelfde. Hoesten en kuchen? Idem. En een vragend geluid uitstoten om te laten merken dat we de ander niet begrepen hebben: hè?

Hoe onwaarschijnlijk het ook lijkt: dat is dan weer een woord. Onderzoekers van het Nijmeegse Max Planck Instituut voor psycholinguïstiek luisterden naar geluidsopnames in tien verschillende talen: Nederlands, Spaans en Chinees, maar ook minder bekende talen zoals Lao (in Laos), SIwu (Ghana) en Murriny Patha (Australië). 196 keer hoorden ze een spreker om verduidelijking vragen met zo’n gespecialiseerd woordje. En dat klonk in de ene taal nét iets anders dan in de andere. In het Spaans meer als e?, in het Chinees en Lao meer als a? (Hier een minifilmpje.)

Maar in geen enkele taal, ook niet in de 21 die ze voor alle zekerheid daarna nog beluisterden, klonk dat ene gespecialiseerde woordje als, pakweg, froep of biekebiek. Overal was het een uiterst kort, eenvoudig woordje, en bijna overal had het een stijgende intonatie. Dat komt, zo vermoeden de onderzoekers, doordat de situatie een vragend woord vereist dat je snel in een minuscule spreekpauze kunt proppen. Want zo kun je je gesprekspartner laten weten dat de communicatie is vastgelopen en dat herhaling of betere uitleg geboden is.

Dat werkt overal ter wereld zo, en daardoor is er in alle talen min of meer hetzelfde woordje ontstaan dat deze functie vervult. De onderzoekers spreken van ‘convergente evolutie’. Normaal gesproken lijken woorden met dezelfde betekenis alleen op elkaar als ze dezelfde herkomst hebben, door gedeelde afstamming of ontlening. Maar door die convergente evolutie vormt  een uitzondering op die regel.

Niet triviaal
In het uitvoerige en heldere persbericht waarin de onderzoekers hun wetenschappelijke publicatie onder de aandacht brengen, benadrukken ze dat ze heus niet de beste jaren van hun leven vergooien aan triviale kwesties. (Kennelijk missen ze de ambitie een Ig Nobel-prijs te winnen.) De ontdekking dat er over het woordje  iets opmerkelijks valt te zeggen, is een bijvangst van een groter onderzoek naar taal en sociale interactie, gefinancierd door de Europese Onderzoeksraad, melden ze.

Taal en sociale interactie. Dat klinkt inderdaad als een eerbiedwaardig onderzoeksterrein. En nee, ik ga nu niet zeggen dat ik een leuker onderwerp vind, want ik vermoed dat er over taal en sociale interactie heel veel interessant nieuws valt te melden. Ik hoop vooral dat de onderzoekers hun uiteindelijke ‘grotere’ bevindingen óók op zo’n heldere, begrijpelijke manier presenteren als die van dit kleine onderzoekje.

****

Meer informatie op http://huh.ideophone.org. Het oorspronkelijke artikel is: Dingemanse, Mark, Francisco Torreira, and N.J. Enfield. 2013. “Is ‘Huh?’ a universal word? Conversational infrastructure and the convergent evolution of linguistic items.” PLOS ONE. doi:10.1371/journal.pone.0078273.

http://huh.ideophone.org/
Dit bericht werd geplaatst in taal algemeen en getagged met , , . Maak dit favoriet permalink.

7 reacties op ‘Da’s convergente evolutie.’ – ‘Hè?’

  1. Gijs zegt:

    Zie vooral ook: http://huh.ideophone.org/ met uitleg en verwijzing naar het complete artikel. In sommige onderzochte talen hebben zowel “hè” als vraagzinnen een dalende intonatie.

    Like

  2. sander wijnja zegt:

    Leuk en leerzaam. Ik ben ooit een studie/afasie bij het Max Planck.
    (~1995)

    Like

  3. ‘Overal was het een uiterst kort, eenvoudig woordje, en bijna overal had het een stijgende intonatie.’ Volgende vraag: is er een verklaring voor die kennelijk wereldwijd stijgende intonatie in vragen?

    Like

    • Gaston zegt:

      Ik ga ervan uit dat die stijgende intonatie bedoeld is om een vraag-karakter aan het woordje te geven. Maar ik weet niet zeker of dat overal geldt. Hoe dan ook heeft het hè-woordje niet in álle talen een stijgende toon, wel in verreweg de meeste.

      Like

      • Blijft nog steeds de vraag hoe het komt dat een stijgende intonatie voor heel veel mensen kennelijk een vraagtoon is.
        In het Japans komt er achter een zin het woordje ‘ka’ om van die zin een vraag te maken.
        De vader van een vriendin wist zich nog uit het Jappenkamp te herinneren dat zo’n kampbewaker soms spottend ‘ka’ zei, en hij deed dat dan na met een duidelijke dalende en daarna stijgende toon (zoals wij ‘o jaaa?’ zeggen), voor de onvermijdelijke klap kwam.
        Vraag-intonatie als onderzoeksobject?

        Omgekeerd zou dan onderzocht kunnen worden of en dalende intonatie een bevestigende tendens heeft. In het Nederlands vast wel. In het Frans maakt zo’n zin volgens mij vaak een huppel omhoog.

        Leuk hè, taalwetenschap. Je kan zelfs onderzoek doen naar stilte. (Tussen klanken.)

        Like

Plaats een reactie